Tweeluik RES-koplopers: ‘Acht gemeenten samen zijn ineens interessant'

14-05-2019 3997 keer bekeken

Als onderdeel van het Klimaatakkoord werken op dit moment 30 regio’s in Nederland aan een Regionale Energie Strategie (RES). Een tweeluik over twee koplopers: Drechtsteden en Parkstad Limburg. In dit eerste deel RES-medetrekker Volmar Delheij van Parkstad Limburg: ‘We delen onze expertise graag.’

Inzichten van RES-medetrekker Volmar Delheij:

  • Werk gestructureerd en op basis van data uit eigen onderzoek
  • Creëer volume: zorg voor grote projecten, dat drukt de kosten en maakt je aantrekkelijk voor andere partijen

Al in 2013 namen de acht gemeenten in Parkstad Limburg het initiatief om de energietransitie in de regio aan te jagen en gestructureerd van de grond te krijgen. De lat ligt hoog: de samenwerkende gemeenten willen in 2040 energieneutraal zijn. Dat betekent dat de energie die de regio zelf nodig heeft, in de regio wordt opgewekt.

Het kaderstellende beleid Parkstad Limburg Energietransitie (PALET) is in 2015 door acht gemeenteraden vastgesteld. Waar de meeste gemeenten in Nederland nog nadenken over hun duurzame mogelijkheden, zijn ze in Zuid-Limburg al volop aan het werk. Er zijn plannen voor zonneweides en er loopt een project over verduurzaming van VVE’s, bijvoorbeeld door extra woningisolaties.

‘Maak gezamenlijke projecten en laat de gemeente met de meeste kennis de supervisie doen.’

‘Broedkamer’

RES-medetrekker voor Parkstad Limburg Volmar Delheij is gepast trots op de voorbeeldfunctie die Zuid-Limburg vervult. De voortrekkersrol ontstond bij de gemeenten zelf. Na de eerste inventarisatie in een klein team richtten de samenwerkende gemeenten van Parkstad Limburg in 2015 een ‘Broedkamer’ in. Acht duurzaamheidsambtenaren kwamen een half jaar elke week een dag bij elkaar. Ze volgden ‘inspiratiesessies’, zoals lezingen over warmtenetten of hoe je een school duurzaam maakt. Die lessen werden meegenomen bij de plannen voor hun eigen gemeente. Delheij: ‘Aan het einde van dat half jaar lag er een heel precies uitvoeringsprogramma, per gemeente omschreven.’

Het proces van de energietransitie waar veel gemeenten in Nederland net in zijn gestapt heeft Parkstad Limburg dus een jaar of zes geleden al ingezet. Les 1 die men vanuit Zuid-Limburg wil meegeven aan de andere RES-regio’s: pak het gestructureerd aan. Delheij: ‘We hadden een enorme hoeveelheid data waar we ons beleid op baseerden. Alles was doorberekend: hoeveel energie de huishoudens in de regio nodig hebben en hoeveel de industrie. Toen zagen we dat jaarlijks 500 miljoen euro wordt uitgegeven aan energie. Dat geld vloeit dus de regio uit. Een besparing van 10% levert al 50 miljoen op om te investeren. Dat soort cijfers zijn heel belangrijk.’

Een tweede overweging die Delheij wil meegeven: werk samen als gemeenten zodat je massa creëert. ‘Met acht gemeenten werden we ineens interessant voor allerlei partijen’, zegt Delheij. Eén gemeente bood burgers leningen aan tegen een lage rente, om zonnepanelen aan te schaffen. Deelnemers konden de lening betalen met de besparing op hun energierekening. Gemeenten en burgers maakten geen kosten en het bedrijfsleven profiteerde. De aanpak werd al snel opgeschaald naar heel Parkstad. ‘Toen hadden we het ineens over 7.250 woningen en een bedrag van 43,5 miljoen’, zegt Delheij. ‘Maak gezamenlijke projecten en laat de gemeente met de meeste kennis de supervisie doen.’

'De koplopers hebben zoveel expertise, en we delen die graag.’

Expertise

Het grote probleem voor veel gemeenten wordt het vinden van de juiste kennis en expertise. Parkstad Limburg heeft net voor 2 jaar een warmtecoördinator aangenomen en een deskundige op het gebied van windenergie. Die schaarste aan vakkennis maakt het volgens Delheij alleen maar urgenter dat gemeenten goed samenwerken om de kennis en ervaring die er is te delen.

Die systematiek kunnen gemeenten zo komen halen in Zuid-Limburg, zegt de RES-medetrekker. ‘Andere RES-koplopers hebben weer een werkwijze die verschilt van de onze. Prima, er leiden meer wegen naar Rome.’ Maar, benadrukt hij, voor het welslagen van het Klimaatakkoord is het verstandig dat de RES-regio’s van elkaar leren. ‘RES-regio’s en gemeenten hoeven niet allemaal opnieuw het wiel uit te vinden. De koplopers hebben zoveel expertise, en we delen die graag.’

Bekijk ook

Cookie-instellingen