Ambities voor opwekken van duurzame energie hoger geworden

01-07-2021 3343 keer bekeken

Dertig regio’s in Nederland werken intensief samen aan een concrete aanpak voor het opwekken van duurzame energie in 2030: de Regionale Energiestrategie (RES). De regionale aanpak blijkt te werken en brengt beweging in de energietransitie.

De regio’s leggen in hun RES’en 1.0 nog een hogere ambitie neer dan zij vorig jaar al deden: zo’n 55 TWh in 2030.

Er is intensieve samenwerking ontstaan en het gesprek met inwoners en bedrijven is in alle regio’s vol op gang gekomen. De ambitie is hoog, maar de uitdagingen zijn ook groot. Het maatschappelijk debat over de gevolgen voor de leefomgeving neemt toe. Ruimte is in ons land beperkt beschikbaar en het energiesysteem staat onder druk. De weg naar RES 2.0 vraagt om keuzes maken, om coördinatie van de netcapaciteit en om onderling overleg: met inwoners en ondernemers en in en tussen regio’s. 

Voor het zomerreces ronden 26 van de 30 RES regio’s de besluitvorming over hun RES 1.0 af. Vier regio’s volgen na het zomerreces. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) kan starten met de monitor. Het totale bod van alle regio’s bedraagt ±55 TWh, ongeveer 2,5 TWH meer dan in de concept-RES’en uit oktober 2020. Dat is een goed uitgangspunt voor het werken aan het doel van 35 TWh hernieuwbaar opgewerkte energie in 2030. Beperkingen in de ruimte, vaststelling door volksvertegenwoordigers, de mate waarin een locatie door inwoners geaccepteerd wordt en gebrek aan netcapaciteit beïnvloeden hoeveel zonne- en windenergie gerealiseerd kan worden. Over de onderverdeling huidige opwek – pijplijn - ambitie en het onderscheid wind -zon op veld - zon op dak, zijn op dit moment nog geen eenduidige conclusies te trekken. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) levert eind 2021/begin 2022 een volledige kwantitatieve analyse van de opstelsom van alle RES’en 1.0 en gaat hier dan nader op in. 

Het begin van een intensieve samenwerking  

De plannen in de RES’en 1.0 zijn verdiept, verbeterd en concreter gemaakt. De netbeheerders zijn actief betrokken en ook de samenwerking tussen de RES’en is intensiever geworden. De RES is gegroeid tot meer dan alleen een document. Het is het begin van een intensieve samenwerking. Een netwerk waarin overheden, netbeheerders, maatschappelijke organisaties, energiecoöperaties en inwoners elkaar weten te vinden op het gebied van klimaat.  

Duurzame energie in het landschap is echter niet vanzelfsprekend. Inwoners voelen zich niet altijd gehoord of vroeg en intensief betrokken. Dit vraagt om eerder en vaak andere inspanningen van overheden en initiatiefnemers. Ook de zorgen en daarmee het maatschappelijk debat over gezondheid en de gevolgen voor de eigen leefomgeving nemen toe. De RES maakt de noodzaak tot een betere relatie tussen inwoner en overheid zichtbaar. Regio’s zoeken dan ook steeds nieuwe (online) vormen om inwoners te betrekken: van een (online) festival, webinar tot burgerforum.   

Op weg naar de RES 2.0 

In een klein aantal regio’s zullen (naar verwachting) één of meerdere overheden de RES niet vaststellen. Over wat dit betekent voor de desbetreffende overheid en de RES wordt regionaal het bestuurlijk gesprek gevoerd. In veel regio’s zijn moties en/of amendementen ingediend. Sommige regio’s passen de RES hierop nog aan, andere regio’s voegen ze als addendum bij de RES 1.0. Ze worden in ieder geval meegenomen op weg naar de RES 2.0 en in de uitvoering van RES 1.0. Elke twee jaar wordt de Regionale Energiestrategie aangepast aan de meest recente ontwikkelingen. In 2023 wordt de RES 2.0 vastgesteld.  

Klik hier voor de hele foto

Bekijk ook

Cookie-instellingen