Verduurzaming bedrijventerreinen vergt nieuwe blik op regels energiesysteem

Projectmanager energietransitie en energiehubregisseur Irmelin Waalkens (foto: Brian Elings)Projectmanager energietransitie en energiehubregisseur Irmelin Waalkens (foto: Brian Elings)
25-03-2025
696 keer bekeken

Bedrijventerreinen kampen met stroomtekorten, terwijl bedrijfsdaken met ruimte voor zonnepanelen onbenut blijven. Dat moet anders, vindt adviseur Irmelin Waalkens. ‘Technisch gezien kan er veel. Het is vooral de bureaucratie die slimme oplossingen belemmert.’

Als projectmanager energietransitie en energiehubregisseur komt Irmelin Waalkens het vaak tegen: bedrijventerreinen waar ondernemers niet kunnen verduurzamen of groeien omdat het elektriciteitsnet tegen zijn grenzen aanloopt. Maar zij is ervan overtuigd dat netcongestie daarvoor geen beletsel hoeft te zijn, als ondernemers, overheden en netbeheerders anders naar het energiesysteem kijken. ‘Sterker nog, ik zie netcongestie als een vloek, maar óók als een zegen’, zegt zij. ‘Het dwingt ons om de bakens te verzetten. De tijd dat we het net als gratis batterij konden gebruiken, is voorbij. We moeten slimmer en decentraler gaan denken. Wek stroom daar op waar het gebruikt moet worden. En bedenk oplossingen om die stroom flexibel in de buurt te gebruiken of op te slaan. Dan hebben we in de toekomst geen kerncentrales of gas meer nodig, hooguit een WKK (flexibele gascentrale) als back-up in een donkere en windstille decembermaand.’ 

In Weesp delen ondernemers hun zonnestroom

Irmelin brengt deze overtuiging in de praktijk op verschillende bedrijventerreinen die zij adviseert op het gebied van energietransitie. Bijvoorbeeld in haar woonplaats Weesp. ‘Samen met ondernemers die vanwege netcongestie op het bedrijventerrein in Weesp vastlopen, heb ik gekeken naar de mogelijkheid om een energiehub te starten’, vertelt zij. ‘Ik houd daar overigens een ruime definitie voor aan. Een energiehub is voor mij een gebied waar je koppelkansen ziet om samen iets met stroom te doen. Dat hoeft niet per se via een groepscontract en met als doel om helemaal energieneutraal te worden. Als een aantal bedrijven kansen benut om duurzame opwek en gebruik van stroom te combineren, levert dat al winst op voor het klimaat én voor het stroomnet, dat daardoor wordt ontlast.’

Decoratieve afbeelding
Bron: Bedrijvenvereniging IVW Weesp.

Een energieneutrale hub, helemaal los van het elektriciteitsnet, bleek in Weesp een brug te ver. ‘De betrokken ondernemers voelen daartoe nog te weinig urgentie’, zegt Irmelin. ‘Maar ze kijken nu wel met een andere bril naar energie en denken na over flexibele oplossingen. Zo delen bedrijven met zonnepanelen inmiddels hun energie-overschotten met hun buren, die op sommige momenten een tekort aan stroom hebben. Als je het anders inregelt of slim achter de meter aansluit, kan dat prima.’

Voorwaarden groepscontract belemmeren energiehub Mijdrecht

Toch lukken dergelijke oplossingen nog niet overal, ervaart Irmelin, met name vanwege bureaucratische belemmeringen. Daar loopt zij tegenaan op een bedrijventerrein in Mijdrecht. ‘Dit bedrijventerrein kampt met een groot stroomtekort,’ vertelt zij. ‘Terwijl er ruimte is voor 20.000 zonnepanelen op bedrijfsdaken. Achttien koploperbedrijven willen werken aan een gezamenlijke oplossing via een energiehub. Toch blijven die daken leeg. Dat komt omdat netbeheerder Stedin in dit gebied geen onderling teruglevergroepscontract toestaat, dat het mogelijk maakt om de zonnestroom van elkaar direct te benutten of om pieken mee af te vlakken.’ Technisch en economisch gezien kan het, zegt Irmelin. ‘Het is vooral de bureaucratie die dit soort slimme oplossingen belemmert. Met de huidige voorwaarden van Stedin voor een groepscontract is er voor de koplopers geen voordeel te behalen, terwijl dat met afspraken over opwek, slim laden en opslaan wél zo zou kunnen zijn. Maar Stedin biedt nu nog geen groepscontract aan dat daarin voorziet.’ 

Ondernemers willen wel investeren, merkt Irmelin. ‘Ze willen zelfs hun gedrag aanpassen’, zegt zij. ‘Maar niet als ze, volgens de huidige voorwaarden van Stedin, contractvermogen moeten inleveren. Daarom kiezen ze nu jammer genoeg niet voor een collectieve, maar voor een individuele  oplossing.’ Irmelin heeft ook begrip voor het standpunt van de netbeheerders, die vanwege hun leveringsplicht het net in balans moeten houden. ‘Maar in het nieuwe energiesysteem is lokale balans nodig. Dat vereist dat we met een andere blik naar de huidige verkeersregels kijken. Het zorgen voor lokale balans in het systeem moet lonend worden.’

Zelfs in de winter leveren zonnepanelen stroom

Irmelin vindt het belangrijk dat we anders naar energie gaan kijken vanuit een streven naar duurzaamheid. ‘Maar het moet ook uit praktische overwegingen’, zegt zij. ‘We kunnen geen stroom meer opwekken op plekken waar het niet nodig is, want dan loopt het stroomnet op piekmomenten vast. We moeten dus die pieken zoveel mogelijk afvlakken, door vraag en aanbod bij elkaar in de buurt te brengen en op elkaar af te stemmen. En door veel meer te gaan investeren in opslag van stroom via accu’s en batterijen.’ De voordelen zijn groot, aldus Irmelin, ook voor ondernemers. ‘Door als bedrijven je energie zelf op een duurzame manier op te wekken en lokaal te gebruiken, word je minder afhankelijk van anderen. Vanwege het stabiele aanbod is zonnestroom daar uitermate voor geschikt. Zelfs in de winter leveren zonnepanelen stroom. Bovendien is zonnestroom die je zélf gebruikt de goedkoopste stroom die er is. Als je het tegen een betaalbare prijs aan afnemers in de buurt levert, kun je er ook nog op verdienen.’ 

Laad in het weekend je heftrucks op

Daarom is het belangrijk, vindt Irmelin, dat bedrijven anders naar hun energiegebruik kijken. En dat overheden en netbeheerders belemmerende regelgeving aanpakken. ‘Je merkt dat bedrijventerreinen, ondanks goede bedoelingen, vaak nog beren zien op de weg naar verduurzaming’, zegt zij. ‘Die beren moeten we wegnemen.’ Toch is er voor bedrijven al meer mogelijk dan je denkt, benadrukt zij. ‘Als je het tenminste goed aanpakt. Begin met kleine stappen. Kijk waar in jouw omgeving een vraag naar energie is en hoe je daar vanuit je bedrijventerrein duurzaam en rechtstreeks in kunt voorzien. Vaak kan dat al wel. Deel bijvoorbeeld de energie die je opwekt met buren die op andere momenten energie nodig hebben dan jij. Sla energie op in een batterij of accu. Laad in het weekend, als de vraag naar stroom op je bedrijventerrein laag is, je heftrucks op. Of bied buurtbewoners aan dat ze op zaterdag en zondag met korting hun auto’s mogen komen opladen. Dat zijn allemaal maatregelen die geen investeringen vragen. Je moet het alleen slim regelen.’ 

Maak gebruik van subsidies en regelingen van de overheid

Niet alle bedrijven beschikken over de kennis om dit soort oplossingen te bedenken en uit te voeren. Bovendien zijn ondernemers vaak nog niet gewend om hierover te moeten nadenken. Maar niet iedereen hoeft het wiel zelf uit te vinden, zegt Irmelin. ‘Er zijn allerlei organisaties die je daarbij kunnen helpen en je kunt ook van elkaar leren. Maak vooral ook gebruik van subsidies en regelingen van de overheid, zoals de  Subsidie voor flexibel elektriciteitsverbruik. Je kunt die bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) aanvragen voor een flexibiliteitsscan, een haalbaarheidsstudie of het uitvoeren van maatregelen. Er zijn al zoveel mogelijkheden. Doe er je voordeel mee!’ 

Meer informatie

Afbeeldingen

Cookie-instellingen