Een uitspraak die veel gedeeld wordt in de media, gaat over zon en wind: “Bouw geen zonneweides, maar plaats zonnepanelen zo veel mogelijk op daken. Laten we windmolens zo veel mogelijk op zee bouwen.”
Deze uitspraak veroorzaakt onrust bij de regio’s die hard aan het werk zijn met plannen voor zon en wind in hun regio voor 2030 om daarmee invulling te geven aan de landelijk gemaakte afspraken aan de klimaattafels.
De uitspraak in de media komt voort uit de voorkeursvolgorde zon uit de NOVI: eerst zon op dak of op onbenutte terreinen in bebouwd gebied te plaatsen vóórdat overgegaan wordt op zonneweides.
Het is een hulpmiddel om beter (ruimtelijke) afwegingen te maken. Deze uitspraak is daarmee niet nieuw. De voorkeursvolgorde staat ook in de Handreiking voor de RES’en van NP RES en is ook in vele regio’s al in de concept-RES’en opgenomen.
Ook de verdeling tussen de opgave wind op zee ten opzichte van de opwekopgave op land tot 2030 staat niet ter discussie. De NOVI heeft de blik op 2050.
De regio’s zijn al volop bezig met het invullen van de regionale en landelijke ambities. Zij wegen daar zowel de ruimtelijke effecten, draagvlak, als de impact op het netwerk af om te komen tot gedragen en uitvoerbare plannen.
Lees hier de reactie van EZK en BZK op vragen rond NOVI berichtgeving