Met een krakend modem deed in 1996 het internet z’n intree op mijn studentenkamer. Toentertijd stelde het niet veel voor. Met zoekmachine Ilse was je vlug uitgesurfd op de paar honderd websites die online stonden. Je kon je niet voorstellen hoe revolutionair en verstrekkend het internet onze manier van leven, werken en recreëren zou veranderen.
Kijken we in 2050 net zo terug op de tijd van nu als het gaat om de Energietransitie? Die moet ook revolutionair en verstrekkend zijn om de ambities van Parijs waar te maken. Maken we nu de goede keuzes voor de toekomst?
In zijn column van afgelopen zaterdag schrijft Tommy Wieringa scherp over de menselijke neiging tot kortetermijndenken. ‘ (…) in het algemeen gaat een krachtiger betovering uit van de korte dan van de lange termijn. De dag van morgen is beter voorstelbaar dan het jaar 2050, snelle winst gaat al te vaak boven duurzame investeringen. Het schrokkerige hart van het consumentenkapitalisme erkent maar één tijd: het nu. (…)’ Wieringa refereert aan het doemdenken in zijn jeugd in de jaren ’80. Hij komt tot de slotsom dat het no future van de jongste generatie verder reikt. ‘Hun huis staat in brand’. Mijn column was eigenlijk al klaar, maar ik pakte opnieuw de pen omdat Wieringa bleef spoken in mijn hoofd. Ik was eerst begonnen met de door Jan Terlouw bedachte ‘Toekomststoel’. Je kunt hem lenen, bijvoorbeeld om hem in de raadszaal te zetten bij het debat over de RES. De stoel symboliseert de stem van volgende generaties die in het debat van vandaag niet of niet voldoende worden gehoord.
Met de Regionale Energie Strategieën gaan we in kleine stappen vooruit. De gesprekken over de RES 1.0 vinden overal plaats. Leden van Gemeenteraden, Provinciale Staten en waterschapsbesturen stellen terecht kritische vragen en overwegen de verschillende belangen in de leefomgeving. Bezorgde inwoners en belangengroepen laten van zich horen. In alle 30 energieregio’s speelt een ongekend intensief proces. De omslag naar een schonere wereld raakt het leven van iedereen in meerdere of mindere mate. De besluiten van deze generatie bestuurders gaan over het leven en de wereld van de jongeren die nog geboren gaan worden. Over de kinderen van mijn dochter die nu twaalf is. Het stelt de beslissers van vandaag voor de opgave om te redeneren vanuit de toekomst.
Dit is niet eenvoudig, het stikt van de lastige vragen. Zowel technisch, financieel, politiek als maatschappelijk. Je kunt niet om die dilemma’s, knelpunten of ongemakkelijkheden heen. Maar, het is ook zo dat het problematiseren daarvan ons terugtrekt in de wereld van nu, terwijl we juist onderweg zijn naar de wereld van morgen. In de veranderkunde zeggen ze: je moet van A naar B volgens de principes van B. Hoe maak je zo’n abstracte notie concreet? In de kern is het vandaag handelen volgens de spelregels van de toekomst. Dit vraagt om anders werken. Niet het bestaande sneller of beter laten gaan, maar anders. De uitvinder van de auto had niet een sneller paard voor ogen.
De energietransitie is in de eerste plaats een maatschappelijk, politiek, financieel en ethisch vraagstuk. Daarnaast zijn er de technologische uitdagingen. Hoe ziet de schonere wereld van de toekomst eruit? Hoe leven mensen daar? Hoe zijn de onderlinge relaties en verhoudingen? In het publieke debat gaat het daar niet zo vaak over. Terwijl juist zo’n verhaal de stuwende kracht heeft om mensen in beweging te brengen. Het succes van de mensheid is erop gebaseerd, schreef Harari in zijn boek Sapiens. Een verhaal over de toekomst dat sterker is dan de trekkracht van het oude, en dat ons voortbeweegt naar het nieuwe. Ik kijk er reikhalzend naar uit.
Kristel Lammers is directeur van het Nationaal Programma Regionale Energie Strategieën.