Ze zijn trots op de KinderRES: initiatiefnemers Jasmijn Visser en Arianne Westerweel, beiden vanuit de provincie Zeeland betrokken bij de RES. Hoe zijn ze op dit idee gekomen? ‘We waren aan het brainstormen over hoe we de RES bij verschillende doelgroepen verder onder de aandacht konden brengen’, vertelt Arianne. ‘Met mijn achtergrond in jongerenparticipatie leek het me mooi om juist kinderen erbij te betrekken. Zij zijn nog helemaal zichzelf, zeggen eerlijk wat ze denken en hebben nieuwe, frisse ideeën. We hebben gezocht naar mogelijkheden om echt iets met die ideeën te kunnen doen, terwijl we tegelijkertijd ook het draagvlak voor energietransitie wilden vergroten bij kinderen.’
Poster
Na akkoord van de Zeeuwse Stuurgroep RES zijn Jasmijn en Arianne het idee van een KinderRES verder gaan uitwerken. ‘Onze KinderRES bestaat uit drie onderdelen’, zegt Jasmijn. ‘Allereerst heeft een tekenaar voor ons een poster gemaakt, waarop hij met kleurige beelden en eenvoudige teksten de hoofddoelstellingen uit onze RES laat zien voor Elektriciteit, Mobiliteit en de Gebouwde Omgeving. Hij heeft basisschoolkinderen zelf laten meedenken over hoe de poster eruit moest komen te zien. Hij kreeg daar leuke reacties op. Bijvoorbeeld dat de poster veel vrolijke kleuren moest hebben, en tips en weetjes over energie, zoals in de Donald Duck.’
Gastlessen en prijsvraag
De poster bevat nog best ingewikkelde woorden, zoals ‘CO2-uitstoot’ en ‘Gebouwde Omgeving’. Dat is bewust gedaan, legt Arianne uit. ‘We gebruiken de poster namelijk met name als basis voor het tweede onderdeel van onze KinderRES: de gastlessen op de basisschool. We richten ons daarbij op kinderen uit groep 7 en 8. De speciaal getrainde gastdocenten die de lessen gaan geven, kunnen de moeilijke woorden op de poster aangrijpen om het gesprek in de klassen op gang te brengen. We maken bij de gastlessen trouwens zoveel mogelijk gebruik van bestaande structuren, zoals de Natuur- en Milieu Educatie (NME)-centra die hier al ervaring mee hebben. We wilden graag dat er in alle dertien Zeeuwse RES-gemeenten in elk geval één school zou meedoen. Het positieve is dat intussen al 39 scholen zich hebben aangemeld!’ Het derde onderdeel van de KinderRES is een prijsvraag: kinderen kunnen hun eigen ‘gouden idee’ voor de Zeeuwse Energiestrategie indienen. Jasmijn: ‘Het beste idee krijgt op de Dag van de Duurzaamheid in oktober een prijs. Wat die prijs is, mogen de kinderen ook zelf bedenken, zolang er maar een link is met energietransitie.’
Tips voor andere regio’s
De Zeeuwse KinderRES wordt eerst als pilot uitgevoerd. ‘We gaan evalueren hoe het gaat en wat eruit komt’, zegt Jasmijn. ‘Wellicht dat er dan een structureel vervolg komt, maar het is nu nog te vroeg om dat te kunnen zeggen. Als de kinderen met bruikbare ideeën komen, kunnen we die verwerken in een volgende versie van de RES, we luisteren naar hen en willen ook echt iets met hun ideeën gaan doen.’ Hebben Jasmijn en Arianne nog tips voor regio’s die ook aan de slag willen met een KinderRES? ‘Het belang van kinderen staat bij ons voorop’, benadrukt Arianne. ‘Maar we koppelen dat wel aan onze inhoudelijke en bestuurlijke doelen. Die combinatie werkt goed, dus dat zou ik ook andere regio’s aanraden.’ ‘En probeer niet bij alles zelf het wiel uit te vinden’, vult Jasmijn aan. ‘Als je aansluit bij bestaande structuren, zoals bijvoorbeeld de NME-centra, maak je slim gebruik van vakkennis en expertise die er al is.’ De start in Zeeland is in ieder geval goed, vindt Jasmijn. ‘Toen we de KinderRES op social media lanceerden, stroomden binnen een dag al veel enthousiaste reacties binnen. We hopen dat het een succes wordt en dat we er veel kinderen mee zullen bereiken.’
Meer informatie