Zo brengt Metropoolregio Eindhoven Omgevingswet en RES bij elkaar

04-01-2021
1245 keer bekeken

De doelen en afspraken uit de RES worden straks verankerd in de instrumenten van de Omgevingswet, die in 2022 in werking treedt. De Metropoolregio Eindhoven organiseerde één inleidende en vier verdiepende masterclasses over hoe je je daar het best op voorbereidt.

Als procesregisseur Transitie Landelijk Gebied bij de Metropoolregio Eindhoven (MRE), heeft Pieter Goossens zowel te maken met de RES als met de Omgevingswet. Niet vreemd dus dat hij een van de organisatoren was van de masterclasses in de MRE over de relatie tussen deze onderwerpen. ‘Ons doel daarbij was tweeledig’, vertelt hij. ‘We merken dat er in veel gemeenten behoefte is aan kennis over de RES en de Omgevingswet en met name over hoe je die met elkaar verbindt. In kleinere gemeenten missen de mensen die hiermee bezig zijn, soms collega’s om mee te ‘sparren’. In grotere gemeenten blijken energieambtenaren en medewerkers die zich bezighouden met de Omgevingswet, elkaar lang niet altijd vanzelf te vinden. We wilden met de masterclasses dus enerzijds kennis overdragen en anderzijds de mensen uit deze twee werelden bij elkaar brengen.’

Kernboodschap

De eerste masterclass was een plenaire bijeenkomst. De 45 deelnemers aan het webinar kregen inzicht in de ins en outs van de RES MRE, de instrumenten van de Omgevingswet én de manier waarop die kunnen bijdragen aan het uitvoeren van de RES. ‘De kernboodschap daarbij was’, aldus Pieter, ‘dat de RES en de Omgevingswet elkaar raken op weg naar de vergunningverlening van projecten. De instrumenten van de Omgevingswet bieden daar goede handvatten voor en helpen om verschillende ruimtelijke opgaven te combineren. Kijk dus nu al, met het oog op de RES 1.0 en verder, hoe je die instrumenten kunt laten bijdragen aan het behalen van de doelstellingen van je RES.’

Kennislab Omgevingswet

Daarover hield Frank Gorissen, planoloog en adviseur bij KuiperCompagnons, een inleiding tijdens het webinar. Frank is bestuurslid van de Beroepsvereniging van Nederlandse Stedenbouwkundigen en Planologen (BNSP). Zo raakte hij betrokken bij de masterclasses. ‘Vanuit de BNSP en NL Ingenieurs werken wij met een coalitie van bureaus, onder de noemer Kennislab Omgevingswet, aan kennisontwikkeling en innovatie rond de RES en de Omgevingswet, onder andere met en voor NP RES. Zo schreven we mee aan factsheets over dit onderwerp en brachten we onze inhoudelijke kennis in bij de masterclasses in de MRE.’ 

Handreikingen

Eén van de instrumenten van de Omgevingswet is de omgevingsvisie, waarin gemeenten uiterlijk in 2024 hun integrale visie en koers voor de fysieke leefomgeving op de langere termijn uitzetten. Energie - en dus ook de RES - is daar een onderdeel van. ‘Veel gemeenten hebben al een omgevingsvisie of zijn bezig die op te stellen. Je kunt daar de ambities van de RES in borgen’, zegt Frank. ‘Vervolgens is er het omgevingsplan, dat komt in de plaats van de huidige bestemmingsplannen. In het omgevingsplan legt de gemeente de doelen uit de omgevingsvisie juridisch vast. Het plan is bindend voor iedereen en bepaalt daarmee dus ook de mogelijkheden voor de RES-projecten. En dan is er nog het programma. Dat is een niet-verplicht, flexibel instrument, dat je onder andere kunt gebruiken bij de uitwerking van thema’s en gebieden. Voor de RES is van belang dat je zo’n programma samen met andere gemeenten kunt opstellen. Zo kan het een brug vormen tussen de regionale RES en de gemeentelijke instrumenten. Momenteel stellen we een factsheet op over de toepassing van het programma voor de energietransitie. Daarnaast produceren we samen met vier RES-regio’s handreikingen op basis waarvan ze later aan de slag kunnen met het programma.’

Cycli

Vanaf wanneer zijn de instrumenten uit de Omgevingswet nu precies relevant voor de RES? Frank: ‘Gemeenten moeten uiterlijk in 2025 vergunningen afgeven voor projecten uit de RES, en dat gebeurt dus op basis van de instrumenten van de Omgevingswet. Vergunningen kunnen overigens ook nu al verleend worden via bestaande instrumenten uit de Wet ruimtelijke ordening. Maar wij adviseren om waar mogelijk nu aan de slag te gaan met de nieuwe instrumenten. Zo kan de omgevingsvisie gemeenten helpen met het bepalen van een strategische visie gebaseerd op integrale afwegingen. De energieopgave wordt dan bekeken in relatie tot de bredere ambities en opgaven van de gemeenten. Dat biedt weer nieuwe inzichten die het verdere RES-proces kunnen versterken. De instrumenten van de Omgevingswet werken volgens een cyclus, net als de RES’en. Uiteindelijk moeten die cycli vloeiend in elkaar grijpen en elkaar zo versterken.’

Deelsessies

In vervolg op de plenaire masterclass organiseerde de MRE samen met gemeentelijke collega’s vier deelsessies in verschillende deelregio’s met ieder een eigen karakter: stedelijk, landelijk, ruraal of met veel infrastructuur. ‘De deelsessies boden de ruimte en het schaalniveau om dieper in te gaan op vragen rond de RES en de Omgevingswet die specifiek in die deelregio spelen. Bijvoorbeeld welke mogelijkheden je hebt voor duurzame opwekking als je weinig landelijk gebied hebt, hoe je volgens de zonneladder zon op dak stimuleert of hoe je energietransitie koppelt aan andere ruimtelijke opgaven’, aldus Pieter.

Kennis delen

Pieter en Frank kunnen de aanpak met plenaire en subregionale masterclasses zeker aanbevelen aan andere regio’s in Nederland. ‘Plenaire sessies lenen zich goed om kennis over te dragen’, zegt Pieter. ‘Maar als je een verdiepingsslag wilt maken is het beter als de groep uit één samenhangend gebied komt en niet te groot is.’ ‘We gaan de kennis uit de masterclasses en pilots overigens via NP RES ook delen met de andere regio’s’, vult Frank aan. ‘Zo maken we in het eerste kwartaal van 2021 een factsheet over de vier pilots met het programma en zullen we ook een handreiking publiceren met de resultaten uit de masterclasses in de MRE.’

Meer weten

 

Lees hier meer over de RES en de Omgevingswet in de bibliotheek van NP RES.

Afbeeldingen

X (voorheen Twitter)

Bekijk ook

Cookie-instellingen