De technologieën voor het duurzaam opwekken van elektriciteit met behulp van wind en zon op land kunnen grootschalig worden ingezet. Maar ze zijn nog lang niet aan het einde van hun ontwikkeling voor wat betreft kosten, opbrengsten en toepassingsmogelijkheden. Op weg naar 2030 en naar 2050 blijven we daarom innovatieve technieken toepassen en tegelijk ook nieuwe energiebronnen onderzoeken zoals waterstof, geothermie, waterkracht en kernenergie.
Op initiatief van NP RES, Topsector Energie en de ministeries van EZK en BZK, is een roadmap opgesteld waarbij de RES als start- en landingsbaan dient voor innovaties.
Waterstof is geen energiebron, maar een energiedrager. Het wordt momenteel geproduceerd uit aardgas (grijze waterstof). Als de hierbij vrijkomende CO2 wordt afgevangen en opgeslagen spreken we van ‘blauwe waterstof’. ‘Groene waterstof’ wordt gemaakt met elektriciteit uit wind- en zonne-energie met een elektrolyser. Met waterstof kan ook elektriciteit worden geproduceerd door dit te verbranden in een elektriciteitscentrale of met een elektrochemische reactie in een brandstofcelsysteem. Een teveel aan wind en zonne-energie kan worden omgezet in groene waterstof en langdurig (seizoenen) worden opgeslagen in lege zoutcavernes en gasvelden om later weer in elektriciteit om te zetten. Ca 65% van de opgewekte energie gaat dan verloren. Maar het helpt wel elektriciteitsvraag en –aanbod te balanceren en dure uitbreidingen van het elektriciteitsnet te voorkomen. Wind- en zonneparken kunnen ook worden gebouwd met waterstofproductie als hoofddoel.
Kernenergie levert elektriciteit door uranium te splijten in een kerncentrale. De warmte die bij de splijting vrijkomt, wordt omgezet in elektriciteit. Kerncentrales kunnen worden ingezet voor het leveren van basislast, als CO2-vrij regelbaar vermogen (als achtervang voor zon- en windenergie en stabiliseren elektriciteitsnet), of als combinatie van die twee. Het bouwen van een kerncentrale vergt een hoge investering. De operationele kosten zijn echter relatief laag. Dat betekent dat kerncentrales veel draaiuren moeten maken om de kosten van de bouw terug te verdienen. Kernenergie heeft als basislast-energiebron niet de hoge systeemkosten van energiebronnen met een hoge pieklast als zon en wind. Een kerncentrale levert hoogradioactief afval op. In Nederland slaan we dit veilig bovengronds op bij de COVRA in Zeeland in speciaal daarvoor geconstrueerde gebouwen. Op de lange termijn is eindberging in de diepe ondergrond voorzien. Het opwekken van elektriciteit uit kernenergie levert echter zeer weinig CO2-uitstoot op. Nederland heeft één kerncentrale van 485 MW in Borssele en twee onderzoeksreactoren in Petten en Delft.
Het bouwen van kerncentrales is een landelijke aangelegenheid, niet een lokale of regionale. De aangewezen waarborglocaties voor kernenergie zijn Maasvlakte II, Eemshaven, en Borssele. Tijdens een debat in de Tweede Kamer op 20 december 2022 dienden de Kamerleden Erkens en Bontenbal een motie in over het proactief delen binnen het Nationaal Programma RES van relevante kennis en ervaring op het gebied van kernenergie. De motie richt zich op de periode na 2030. De ontwikkelingen op het gebied van kleine kerncentrales (SMR) gaan snel, op dit moment zijn er diverse relevante ontwerpen, maar nog geen werkende pilots of systemen. De nieuwste inzichten vanuit EZK over kleinschalige kernenergie (SMR), zoals bijvoorbeeld de uitkomsten van de studie naar SMR’s die dit kwartaal naar verwachting gaat lopen, zal NP RES actief onder de aandacht brengen van de RES-regio’s. In het vervolg van de bestaande RES-opgave tot 2030 kunnen de opdrachtgevers gezamenlijk nieuwe of aangepaste kaders opstellen, bijvoorbeeld op het gebied van toepasbare bronnen. Dat is op dit moment nog niet aan de orde. Het staat regio's vrij om de toepassing van deze opkomende technologie voor na 2030 al te verkennen.
Aquathermie is het benutten van warmte én koude uit oppervlaktewater, afvalwater of drinkwater. De warmte of koude kan rechtstreeks benut worden of worden opgeslagen voor later gebruik. De bodem dient hierbij als buffer. De warmte kan in de zomer worden gewonnen en opgeslagen, en in de winter weer worden gebruikt. Dit principe werkt tegenovergesteld voor koude. Verschillen in opslag zijn mogelijk, waaronder opslag in de bodem zoals warmte- en koudeopslag (WKO), hoge- of midden temperatuur opslag (HTO/MTO), of een buffervat.
In het Klimaatakkoord wordt de inzet van biomassa gezien als noodzakelijk voor de verduurzaming van onze economie en het realiseren van de klimaatopgave. Aan de sectortafels is vooralsnog vooral gesproken over biomassa ter vervanging van fossiele brandstoffen met als doel CO2-emissies terug te dringen. Uitgangspunt is dat alleen duurzame biomassa werkelijk bijdraagt aan verduurzaming van de economie en dat duurzame biomassa op mondiaal niveau op termijn schaars zal zijn.
In de bodem is warmte opgeslagen: hoe dieper je gaat, hoe warmer het wordt. Geothermie wordt ook wel aardwarmte genoemd. Het is het gebruik van warmte uit de diepe ondergrond (vanaf 500 meter diepte). Het benutten van warmte (en koude) uit de ondiepe ondergrond (tot 500 meter diepte) heet bodemenergie. Bodemenergie kan benut worden met bodemenergiesystemen. Zoals een bodemwarmtepomp en een warmtekoudeopslagsysteem (WKO-net).
Meer weten?
Deze website maakt gebruik van cookies. Lees meer over cookies in onze cookieverklaring.
Deze cookies verzamelen nooit persoonsgegevens en zijn noodzakelijk voor het functioneren van de website.
Deze cookies verzamelen gegevens zodat we inzicht krijgen in het gebruik en deze website verder kunnen verbeteren.
Deze cookies zijn van aanbieders van externe content op deze website. Denk aan film, marketing- en/of tracking cookies.